Kees Blom (1968) Apeldoorn

Kees Blom brengt in beeld wat nog nooit zó in beeld is gebracht : zijn kommen vertellen over karaktereigenschappen, over concentreren, over geduld hebben. In de laatste series maakte hij steeds meer uitgesproken en gedurfde keuzes die sterker emoties doen vermoeden. Ze vertellen zowel over healing, als over incasseren. Wijze lessen uit zijn eigen leven.

In 2025 wil Kees Blom meer tijd vrijmaken voor de nodige reflectie. Een pas op de plaats maken om zijn vitaliteit als mens en als kunstenaar te behouden. Zijn manier van leven biedt ruimte voor verschillende perspectieven. Zijn manier van werken vraagt inventiviteit en verbeeldingskracht.

In 2025 zal hij nog steeds dezelfde vakman zijn die nog steeds de ons vertrouwde kommen zal schilderen. Wel minder want de hoge lege wanden, de andere doorgangen in zijn nieuwe atelier prikkelen hem andere artistieke wegen te proberen. Wie weet wat voor interessante vindingen hieruit voortkomen en wellicht een belangrijke verbreding van zijn oeuvre kunnen worden. Een Kees Blom blijft tenslotte wel een Kees Blom.

 

Kees Blom captures what has never been portrayed quite like this before: his bowls tell stories about character traits, about focus, about patience. In his recent series, he has made increasingly bold and daring choices that suggest stronger emotions. They speak of healing as well as endurance. Wise lessons drawn from his own life.

In 2025, Kees Blom aims to set aside more time for necessary reflection. He seeks to pause and maintain his vitality as both a person and an artist. His way of life allows for diverse perspectives, while his approach to work demands inventiveness and imagination.

 

In 2025, he will remain the same master craftsman, still painting the familiar bowls we know so well. However, he will produce fewer of them, as the tall, empty walls and new pathways in his studio inspire him to explore other artistic avenues. Who knows what fascinating discoveries this might lead to, potentially broadening his oeuvre in significant ways. After all, a Kees Blom will always remain a Kees Blom.

Drs. W.T.M. Tiemes, kunsthistoricus